fbpx

De drie natuurwetten van systeemopstellingen

Ze loopt uit het ‘veld’. Uit de cirkel die haar leven symboliseert. Iedereen houdt de adem in. Het is stil. Muisstil. En dan valt bij de vraagsteller het kwartje: “Geen wonder dat ik het lastig vind om voor mezelf op te komen!”

Dit moment – het moment dat de vraagsteller beseft dat de patronen waar ze tegenaan loopt verband houden met haar plaats in het familiesysteem – zie je vaak terug tijdens een systeemopstelling. In deze blog ga ik dieper in op de drie natuurwetten die uitgangspunt zijn voor familie- en organisatieopstellingen.

Onder de loep: de drie natuurwetten van systeemopstellingen

1. Ordening: jouw plek in het systeem

Ieder mens heeft een specifieke positie in het systeem. In een gezond familiesysteem sta je letterlijk midden in je leven. Door allerlei omstandigheden komt het voor dat je op een andere plek terecht bent gekomen. Systeemopstellingen helpen om zo’n onbewuste verschuiving bloot te leggen en om de juiste plek in het systeem te herontdekken. Als dat gebeurt, zorgt dat vaak voor opluchting.

In een organisatie die systemisch gezien goed georganiseerd is, heeft ieder individu en iedere rol of functie een specifieke positie. Collega’s weten wie, welke rol of functie vervult. Als je naar een werkomgeving kijkt, is het ook een interessante vraag of iemand zijn of haar plek wel echt inneemt. Als het antwoord nee is, is het voor diegene aan te raden om eens te onderzoeken of zijn of haar plek in het systeem van herkomst wél duidelijk is. Er zijn namelijk vaak parallellen te zien…

2. Balans: geven en nemen in relaties

In goede relaties is er evenwicht tussen geven en nemen. Als dat verstoord raakt, ontstaan er problemen. Dit geldt voor vriendschappen, je verkering en je werk. Om op die laatste wat dieper in te gaan: de werknemer stopt tijd, kennis en energie in het werk. Daartegenover zet de werkgever waardering, erkenning, scholing, salaris en secundaire arbeidsvoorwaarden. Het is de bedoeling dat deze in de pas lopen met elkaar.

Er is één heel belangrijke uitzondering op de regel van geven en nemen: namelijk de relatie tussen ouders en hun kinderen. Ouders dienen alleen maar te geven en kinderen alleen maar te ontvangen. Kinderen zijn namelijk ‘alleen maar kind’. Er dient voor hén gezorgd te worden, niet andersom. Hier ga ik in een van mijn volgende blogs graag dieper op in.

Als het evenwicht in relaties verstoord raakt, kunnen er diepe conflicten ontstaan. Systemisch werk helpt deze verstoringen op te sporen en de balans in relaties te herstellen.

3. Binding: iedereen hoort erbij

Iedereen hoort erbij, ongeacht iemands rol, geschiedenis of gedrag. Het gaat hierbij om verbondenheid en erkenning. Om elkaar zien. Systeemopstellingen onthullen snel of er sprake is van uitsluiting binnen de familie of organisatie, of dat er gebeurtenissen zijn waarover niet wordt gesproken, terwijl ze hun sporen hebben nagelaten. Deze uiten zich vaak in een sterke onderstroom… Iedereen uit de geschiedenis van de familie of organisatie hoort er dus bij. Door buitengesloten zaken alsnog een plek te geven en ze letterlijk aan te kijken, komt er weer beweging in het systeem en ontstaat er vaak meer rust.

Deze drie natuurwetten gelden voor alle systemen waarin we ons begeven. Je kunt een organisatiesysteem verlaten en een relatie of vriendschap beëindigen, maar je familiesysteem blijft onlosmakelijk met jou verbonden. Door terugkerende patronen in dat systeem te erkennen en aan te pakken, kun je wellicht de herhaling van deze patronen in andere situaties doorbreken. Wat dat betreft kan een systeemopstelling een waardevolle sleutel zijn voor transformatie in jouw werk en/of leven.